WEEK 8 - Zondag 31 december 1944 tot en met zaterdag 6 januari 1945
- Polderrazzia '44

- Jan 4, 2020
- 3 min read
Houthakker is Gerrit inmiddels geworden. En bedelaar. Samen met zijn Urker maats is hij op broodtocht geweest. Kerst is achter de rug en nu zijn we bij de jaarwisseling.
De laatste dag van het jaar 1944. Hoe gezellig was het thuis op Oudejaarsdag! Extra rantsoen krijgen we van de Moffen niet. Maar dat hoeft ook niet want we hebben ons eigen rantsoen, ons brood wat we gisteren eerlijk gekregen hebben.
De heimwee naar huis blijft knagen en komt in het bijzonder naar boven bij zulke dagen als Oudejaarsdag. Heimwee naar zoals we dat thuis vierden. Vroeger! Vorig jaar. Veel bijzonders deden we niet maar we zaten gezellig bij elkaar en praatten wat. En gingen naar de kerk. Twee keer: een dankdagdienst en een Oudejaarsdienst. En we zongen 's avonds bij de mondharmonica: "Uren, dagen, maanden, jaren, vliegen als een schaduw heen." De zes weken dat ik hier nu zit zijn niet bepaalt omgevlogen als een schaduw. De tijd gaat hier veel te traag.
Ondanks de oorlog zullen de kerkdiensten op Urk gewoon doorgaan. Geen twijfel mogelijk. Veel jongemannen zullen denk ik niet in de kerk zitten, bang om opgepakt te worden of al opgepakt zijn, zoals ik.

1 januari 1945. Gelukkig Nieuwjaar? Nou, vergeet het maar! Wat heeft dit jaar met mij, met ons in petto? Het ziet er somber uit.
Had ik al verteld met welke plaatsgenoten ik hier zit? Ik geloof het niet. Het zijn Jan Baarssen, Lub Hakvoort en Frans Weerstand. We praten in de avond veel met elkaar. En nu zeker op deze Nieuwjaarsdag. Soms hebben we het over ontvluchten. We zijn vier dorpsgenoten en begrijpen elkaar. Anderen moeten we er niet bij betrekken. Feind hört mit! Niet te veel fluisteren want dat valt op.
De bewakers letten niet goed op maar niemand maakt van de gelegenheid gebruik om te ontsnappen. Het weer speelt denk ik ook een rol en met z'n allen hopen we op een spoedige bevrijding. De geallieerde bommenwerpers vliegen af en aan, vooral 's nachts. Hoelang houdt Hitler het nog vol?

De volgende dag is het weer bedeldag. Zo wil ik het noemen. Naast timmerman, graver, bommenruimer, houthakker ben ik nu ook bedelaar. Bedelen om een stukje brood. Wie had dat twee maanden geleden kunnen denken?
Jan en ik gaan weer op pad. We lopen nu een stuk verder. Bij de eerste boerderij wordt niet opengedaan. De volgende dan maar. We zijn nog maar nauwelijks het erf opgelopen of de boer stuurt zijn hond op ons af en roept: "Landstreicher! Vagabünder."
Bij de volgende boerderij ziet alles er netter uit dan bij de eerdere. "Een herenboer," zeg ik tegen Jan. "Wie weet worden we uitgenodigd voor een warme maaltijd."
Jan geeft een stevige ruk aan de bel. Voorzichtig wordt de deur geopend door een oudere man. "Bitte?" "Morgen," groet ik, "haben Sei für uns Brot?" "Brot? Für Sie? Moment mal, ich rufe meinen Sohn." We knipogen naar elkaar. Dat zit wel goed hier. Driemaal is scheepsrecht.
Voetstappen klinken in de gang en de deur gaat verder open. Voor ons staat in een strak zwart uniform een SS officier! Jan en ik schrikken geweldig.
"Wegwezen Gerrit," roept Jan. We zetten het op een lopen. Achter ons wordt geroepen maar we letten er niet op en rennen alsof ons leven er vanaf hangt. Dat was op het nippertje.
Moe en hongerig en met lege zakken sluipen we terug naar onze houthakkersploeg. Voortaan moeten we maar wat voorzichtiger te werk gaan.
Met Jan, Lub en Frans praten we die avond na over onze bedeltochten. Lub en Frans zijn er ook op uit gegaan vandaag maar meer dan een paar appels kregen ze niet. Op onze mars naar het bos heb ik gezien dat in één van de barakken verderop de bakkerij is. Ik beloof mijn maats dat ik er zo dadelijk er op uit ga om brood te halen. Frans en Lub proberen me tegen te houden en vinden dat te link. Maar ik heb mijn zinnen er op gezet.
Ik doe voor de schijn alsof ik ben gaan slapen. Als het zo rond middernacht is sta ik op en sluip onze barak uit. Ik sluip langs de barak waar de bewakers huizen. Niemand te zien. Snel loop ik verder. Ik weet precies waar ik zijn moet. Daar is de keet die ik zoek. 'Bäckerei' staat er op. Het plan rees al eerder in mij maar na onze teleurstellende bedeltocht van de afgelopen dag moet mijn plan maar ten uitvoer worden gebracht.




Comments