top of page
Search

WEEK 12 - Zondag 28 januari tot en met zaterdag 3 februari 1945

Met een psalm in gedachten bij Gerrit namen we vorige week afscheid hem. Frans Weerstand hoort onweer. Of is het iets anders dan onweer?


ree

Sinds de Kerstdagen hebben we geen vrije dag meer gehad. En dat ligt al bijna 5 weken achter ons. Ik snak naar rust. En in deze winter naar warmte. Ik snak naar huis. Ik snak naar Tiny. Dit alles maakt me boos. Er is een boosheid op de mof die ik niet kwijt kan. Ze hebben mij alles afgepakt, mijn werk, mijn thuis, mijn verkering. Woest kijk ik naar de Moffen. Hoe kunnen ze ons, ja mij, dit aandoen?

Heb jij het wel eens koud gehad? O ja? Dan was je niet in Leer eind januari 1945. Overdag vriest het 8 graden en in de nacht wel 18 graden! En dan moet je in dat weer werken en in die kou op een vloer slapen waar alleen een beetje platgedrukt stro ligt. Klaag nooit meer over kou tegen mij!


"Onweer," roept Frans. We spitsen onze oren en laten de bijl even rusten. "Ben je gek man. Onweer in de winter," reageert Lub. Daar horen we het weer. Heel ver weg. Jan komt er ook bij. Hij weet wat het is. "Bombardementen!" Daar had ik niet aan gedacht. Er zijn meer dwangarbeiders die even de bijl laten voor wat hij is en het hoofd luisterend opheffen. Het geeft de burger moed. De geallieerden rukken op. Duitsland krijgt er van langs! Misschien zijn we morgen al vrij, of overmorgen, of volgende week... Ik ben blij dat de Moffen nu op hun kop krijgen. Een Nederlander verkondigt op de 30e januari dat het een feestdag is voor de Nazi's.


ree

"O ja?" roepen velen in koor. "Waarom dan?" De man weet te vertellen dat op deze dag 12 jaar geleden de Nazi's aan de macht kwamen. "Een rampdag!" roept iedereen.

De oudste dochter van prinses Juliana en prins Bernhard is jarig vandaag, Beatrix. Dat weet ik wel. Of is het morgen? Ach, wat maakt het uit, vandaag of morgen. Hoe oud ze precies wordt weet ik niet. Acht of negen schat ik. Het is geen feestdag voor de Nazi's maar voor ons. Oranje boven! Oranje zal overwinnen.

De eerste maand van 1945 is al weer voorbij. Ik moet nog steeds wennen aan het uitspreken van 1945. Ik hoop dat het snel verandert en dat het klinkt als het bevrijdingsjaar.


Het 'onweer' is af en toe nog te horen. Maar het zet niet door, om het zo maar eens te zeggen. Van mij mag het donderen en bliksemen. Als we maar bevrijd worden.

Trouwen. Dit woord speelt me de laatste tijd vaker door het hoofd. Gek toch dat je aan zulke dingen denkt als je je in een niet zo'n fijne situatie bevindt. Ik ben 21 en over vier maanden al 22. Op Urk zeggen ze dat het tijd wordt dat je gaat trouwen. Maar als de verkering met Tiny verder gaat en het tot een trouwdag komt dan moet er wel een plek zijn om te wonen. Op Urk zijn niet veel woningen vrij. Inwoning zal het dan worden. Bij mijn ouders? Maar we zijn al met z'n veertienen! Nou, maar even vergeten dit. Ik mijmer veel, vooral in de avond maar ook wel tijdens het eentonige werk overdag. Ik mijmer over van alles en nog wat. Ook voor Tiny, mijn vriendin die een paar honderd kilometer verderop is.

De moeder van Tiny leeft niet meer. Zij is zo'n 10 jaar geleden overleden. Tiny heeft daar veel verdriet van. Ik ben nu ook zonder moeder, maar als ik terugkom is ze daar weer. Tiny heeft dat niet. Ze was erg jong toen haar moeder overleed. Dan mis je echt wel je moeder.

Haar vader is weer hertrouwd. Je kunt geluk hebben met een stiefmoeder maar ook pech. Tiny heeft het veel over haar stiefmoeder. Is zij degene die pech heeft?

Meer een reden voor mij om er voor te zorgen snel terug te keren naar huis. Dan kan ik mijn vriendin ondersteunen daar waar ze het nodig heeft. Wat een gedachten spelen er door je hoofd in de situatie waarin ik verkeer. Ben ik een uitzondering? Ik geloof het niet. Ik zie mijn maats af en toe ook in gedachten verzonken.

 
 
 

Comments


bottom of page